Bereken de onderstaande sommen.

(Rond procenten af op 1 decimaal))

 

 

SOMMEN

 

sector           land P land Q

primaire       5,35    4,0

secundaire   6,25    5,11

tertiaire       2,05    4,25

quartaire     3,0      2,21

 

1

Hierboven zie je van land P en van land Q in miljoenen hoeveel mensen in een bepaalde sector werken.

Hoeveel procent mensen werken er in land P meer in de secundaire sector dan in land Q?

   

 

 

 

2

Hierboven zie je van land P en van land Q in miljoenen hoeveel mensen in een bepaalde sector werken.

Hoeveel procent mensen werken er in land P minder in de tertiaire sector dan in land Q? 

 

 

 

 

3

Hierboven zie je van land P en van land Q in miljoenen hoeveel mensen in een bepaalde sector werken.

Hoeveel procent mensen werken er in land Q meer in de tertiaire sector dan in land P? 

 
 

 

 
4

Hierboven zie je van land P en van land Q in miljoenen hoeveel mensen in een bepaalde sector werken.

Hoeveel procent mensen werken er in land P meer in de quartaire sector dan in land Q?

 
 

 

 

De prijzenlijst van 2 bakkers:

                              Bakker A     Bakker B

Bruin brood           €2,20          €2,65

Sausijzenbroodje  €1,80          €1,95

Worstenbroodje    €1,80          €1,85

Koekjes                 €1,15          €0,99 

 
5

Bekijk de prijzenlijst hierboven.

Hoeveel procent zijn de koekjes bij bakker B goedkoper? 

 

 

 

 

6

Bekijk de prijzenlijst hierboven.

Hoeveel procent zijn de sausijzenbroodjes bij bakker A goedkoper? 

 
 

 

 
7

Bekijk de prijzenlijst hierboven.

Hoeveel procent zijn de wordtenbroodjes bij bakker B duurder? 

 
 

 

 
8

Bekijk de prijzenlijst hierboven.

Hoeveel procent is het bruine brood bij bakker B duurder dan bij bakker A? 

 
 

 

 

 

Het verschil berekenen als percentage 3 (antwoorden)